Uitkomsten monitor 2022
De groei van het percentage vrouwelijke hoogleraren is het laagst in 5 jaar
In de LNVH-monitor van 2022 is geen mijlpaal te vieren, zoals in 2021. Integendeel, het LNHV luidt de alarmbel omdat het percentage vrouwelijke hoogleraren aan Nederlandse universiteiten in een jaar maar met 1,0 procentpunt is gegroeid (van 25,7% naar 26,7%). Vorig jaar waren er vier universiteiten met meer dan 30% vrouwelijke hoogleraren. Dit jaar zijn dat er nog maar drie: de Open Universiteit, de Universiteit Maastricht en de Universiteit Leiden.
De umc’s doen het beter dan de universiteiten
Bij de umc’s is het aandeel vrouwelijke hoogleraren iets meer gegroeid dan aan de universiteiten: 1,7 procentpunt. In 2021 bedroeg het percentage vrouwelijke hoogleraren bij de umc’s 28,0% en in 2022 is dat 29,7%. Drie umc’s hebben inmiddels meer dan 30% vrouwelijke hoogleraren: het VUmc, het UMCG en het UMCU. Het ErasmusMC scoort het laagst met 24,2% vrouwelijke hoogleraren.
Decanen en directeuren van onderwijsinstituten zijn steeds vaker een vrouw
Het percentage vrouwelijke decanen aan de Nederlandse universiteiten is met maar liefst 9,6% gestegen naar 29,7%. Bijna 1 op de 3 decanen is nu vrouw. Ook het aandeel vrouwen onder de directeuren van onderwijsinstituten steeg aanzienlijk, van 43% naar 53,5%. Nu is 1 op de 4 directeuren een vrouw. Het aandeel vrouwelijke universitair docenten aan universiteiten nam met een magere 0,9 procentpunt toe naar 44,5% en het percentage vrouwelijke universitair hoofddocenten steeg met 2% naar 32,4%.
Vrouwelijke wetenschappers hebben vaker een tijdelijk contract
In alle functiecategorieën hebben vrouwelijke wetenschappers vaker een tijdelijk contract dan hun mannelijke collega’s. Bij de universitair docenten is het grootste verschil te zien: 32,8% van de vrouwen in die functie heeft een tijdelijk contract tegenover 28,4% van de mannen. Ook hebben vrouwelijke wetenschappers in bijna alle functiecategorieën gemiddeld een net iets kleinere contractomvang dan hun mannelijke collega’s. Behalve de vrouwelijke hoogleraren, die hebben met 0,88 fte gemiddeld juist een grotere contractomvang dan de mannen met 0,85 fte.
Benieuwd naar alle uitkomsten? Bekijk de LNHV-monitor in het Nederlands of het Engels.